Acht

De verbinding van twee ---> voltes tot aan één stuk gereden hoefslagfiguur in de vorm van een acht.

Zo moet het eruit zien

De vorm 'acht' bestaat weliswaar, maar het commando daarvoor bestaat niet. Tenminste niet in de proeven. Daar wordt de acht op de volgende manier omschreven: bij X volte links, gevolgd door een volte naar rechts. Als men deze aanwijzingen opvolgt, ontstaat een acht. Deze moet vloeiend worden gereden en beide delen moeten even groot zijn. Pas bij het snijpunt wordt het paard ongeveer een lengte recht gesteld en vervolgens het tweede deel van de acht ingereden.
Daarbij ontstaan twee tegenovergestelde voltes die, als men de acht zo dubbelvouwen, precies op elkaar moeten passen.

Kenmerken

Basisoefening, te rijden aan het eind van de warming up, in de arbeidsfase en in de ontspanningsfase, mogelijk in arbeids- en in ---> verzameld tempo.

Vaardigheden

                  - Takt                       - Verzameling
                  - Aanleuning           - Schwung
                  - Recht richten       - Ontspanning 

Doel van de oefening

 

De omschreven 'acht' in de dressuurproef zegt iets over de invloed van de ruiter en ook over de aan beide zijden lenigheid van het paard.
In de training biedt het rijden van achten een goede mogelijkheid vooral deze lenigheid, ofwel de lengtebuiging, links en rechts te stimuleren en te verbeteren, vooral als men meer achter
'op elkaar' rijdt.
Deze mogen dan echter niet te klein zijn, om de pezen en gewrichten van het paard niet te zwaar te belasten. Men kan achten het beste rijden in draf, maar ze zijn ook mogelijk in galop, en dan of wel met een ---> eenvoudige of met een ---> vliegende galopwissel bij verandering van richting.

 De meest gemaakte fouten
Slecht ingedeeld, cirkels niet even groot, druppelvormige cirkels, strak in de hals, omgetrokken, uitwijkende achterhand, bij omstelling tegen de hand.

De juiste hulpen om fouten te vermijden

Als men correcte ---> voltes kan rijden, is het slechts een kwestie van een concetratie om een mooie acht te rijden. De meeste ruiters maken hierbij de fout dat ze vanaf de helft van de eerste cirkel snel schuin naar het snijpunt terugrijden, in plaats van de twee voltes te rijden, waaruit immers de acht uitbestaat, consequent uit te rijden tot het eind en pas dan aan de nieuwe te beginnen. De acht wordt dus geerste gereden als een volte, dat wil zeggen, met de binnenteugel iets meer contact nemen, het paard iets naar binnen stellen, de binnenkuit opp de singel laten en de buitenkuit iets opvangend achter de singel en daarmee de singel en daarmaa het paard om de buitenkuit buigen.
Aan het eind van de eerste volte wordt het paard rechtgericht op de uitgangsluin om dan direcht in de nieuwe volte de andere stelling aan te nemen.